Samstag, 13. März 2010

Geschiedenis van de Maori

Op het zuideiland zie je veel minder Maori cultuur dan in het noorden. Je ziet minder Maori in het straatbeeld en hoewel er enkele culturele maori tours zijn en de grootste maere van NZ in Christchurch staat, is er verder niet veel Maori cultuur te beleven. Dit is niet, zoals ik eerst vermoedde, omdat de kolonisten hier de Maoris effectiever hebben uitgeroeid. Nee, de reden is dat zich van oorsprong minder Maori op dit eiland hebben gevestigd. Omstreeks 800 na Christus ontdekten de eerste Maori het noordeiland van Nieuw Zeeland. Over de afkomst van de Maori is nog steeds veel onenigheid onder wetenschappers, maar over het algemeen wordt aangenomen dat de voorvaders van de Maori van Polynesische afstamming zijn. Aanvankelijk koloniseerden zij alleen het noordeiland. Het zuideiland werd pas later ontdekt en werd toen vooral bezocht door stammen van het noordeiland voor voedsel en grondstoffen zoals NZ groensteen (pounamu), welke vooral hier voorkomt. De natuur van het zuideiland was veel ruiger en daardoor minder toegankelijk, waardoor er minder mensen konden wonen. Tevens was het zuidelijke deel te koud voor goede landbouw. Uiteindelijk waren er maar enkele stammen (iwi) welke zich permanent op het Zuideiland vestigden. Via oorlogen en huwelijksverbanden met een overheersende stam uit het Noordeiland, bleef er uiteindelijk maar 1 grote stam op het zuideiland over.

De Maori cultuur is een trotse krijgercultuur. De maatschappij bestond uit verschillende stammen welke verbanden met elkaar sloten of oorlogen voerden. Opvallend is dat ze allemaal dezelfde cultuur hadden. Eenzelfde geloof, zelfde gebruiken, zelfde taal (dialecten daargelaten) en zelfde architectuur. Dit is bijvoorbeeld in Australië al heel anders, waar de gebruiken per stam sterk verschilden. Ondanks de rivaliteiten tussen stammen, werd er onderling wel op grote schaal handel gedreven. Toen de Europeanen zich rond 1800 permanent in Nieuw Zeeland begonnen te vestigen, was dit dus geen ongewone praktijk voor de Maori. De eerste Europeanen vestigden zich vooral in de Bay of Islands, in Kororareka, het huidige Russel. Het ging aanvankelijk vooral om robbenjagers, walvisvangers en andere ruige zeelieden. Daardoor maakte Russel naam als wetteloos stadje van "whoring and drinking"; "Hell hole of the pacific". Na de eerste tentetatieve contacten tussen Maori en westerse ontdekkingsreizigers in de 18 eeuw, welke niet allemaal even vlekkeloos verliepen, waren de verhoudingen in de eerste jaren van de 19e eeuw tamelijk vredig. Er ontstond zelfs een bloeiend ruilhandel tussen beide partijen. Naarmate zich steeds meer kolonisten in Nieuw Zeeland vestigden en steeds meer hun wetten probeerden in te voeren, verliepen de verhoudingen steeds stroever, vooral omdat veel particulieren en bedrijven grond probeerden te verwerven van de Maori, vaak om deze voor veel meer geld weer door te verkomen aan nieuwe settlers.

Deze handel in grond in de 19e eeuw zorgt tot op de dag van vandaag voor onenigheid en kromme verhoudingen tussen maori en pakeha (westerlingen) De Maori kenden namelijk geen privébezit. Stammen beheerden de grond gezamenlijk. Maar Europese landhandelaren kochten grond vaak van een individuele Maori, iets waar de stam meestal geen goedkeuring voor had gegeven maar later niets meer tegen in kon brengen omdat er een contract was getekend volgens westerse wetten. In andere instanties werd er met twijfelachtige methoden grond van de maori overgenomen of zelfs ronduit afgepakt. Het verdrag van Waitangi moest in 1940 niet alleen de positie van Nieuw Zeeland als Britse Kolonie vast leggen, maar ook duidelijkheid geven over deze verdeling van grond. Toch waren veel Maori het niet eens met de gang van zaken en ontstonden er tussen 1845 en 1878 veel oorlogen over grondbezit; de zogeheten Land Wars. In militair opzicht kwam geen van de beide partijen als duidelijke winnaar naar voren, maar qua verdeling van land en positie binnen de NZ samenleving dolven de Maori duidelijk het onderspit, niet in de laatste plaats doordat hun aantallen sterk waren uitgedund (vandaag de dag zijn er nog maar een half miljoen Maori, waarvan slechts 10% volbloed)

Pas in de jaren 60 kwam er een sterke Maori emancipatie beweging op gang, welke uitliep op het Waitangi Tribunaal, waarbij het verdrag van Waitangi opnieuw onder de loep werd genomen om te kijken of de maori niet toch bedot waren tijdens de landhandel. Dat waren ze en vanaf eind jaren 90 werd er op grote schaal land teruggegeven aan Maori stammen. Over veel grondclaims van de Maori is echter zelfs na het einde van het tribunaal noch onenigheid, o.a. over One Tree Hill in het Domain Park van Auckland. De verhoudingen tussen de Maori en "the crown" of "the law" (zoals de NZ regering vaak denigrerend wordt genoemd door de stammen) zijn echter over het algemeen vriendschappelijk te noemen en hun positie binnen de maatschappij is vrij sterk. Er is zelfs een Maori partij in de politiek en een belangrijke TV zender die in het Maori uitzendt. Veel Maori zijn echter ook slachtoffer van de toenemende ongelijkheid tussen arm en rijk in de westerse wereld. Maori behoren vaak tot de onderste bevolkingslagen.

Mittwoch, 3. März 2010

Meeuwen

Von NZ

South Island Pictures

New Zealand South Island

Ein üblicher Tag aus unserem Urlaub

Wie unfassbar es vorm Urlaub war mir vor zu stellen in Neu Seeland zu sein, so unfassbar war es kurz vor unserem Rückflug mir vor zu stellen zuhause im Kalten Holland zu sein. Wie konnte das nur wahr sein! Es ist wahr. Ich bin schon seit ein paar Tagen wieder zu hause. Zum Glück nicht ganz so kalt wie ich befürchtet hatte, aber ich glaub friedlicher Schnee wäre mir lieber gewesen als kahle Bäume und deprimierende graue Luft. Aber es muss wohl so sein. Nun bleibt mir nur noch zurück zu denken an ein wunderbares Land und ein gelungener Urlaub. Ich habe aber im Gefühl das ich irgendwann wider zurück finde nach New Zealand.

Ich werde nun einen üblichen Tag in unsere Reise beschreiben. Einer der Tage wo wir alle zusammen waren, und ich nicht allein durchs Land gereist bin. Es ging meist schon früh los, das heißt ich hatte mein Handywecker meist auf 8 Uhr gestellt. Nach einer kurzen Dusche oder eine snooze Zeit im Bett, gab es dann so um halb 10 Frühstück. Marcel und Veronika standen meist nach Silvia und mir auf. Silvia war meist schon auf, als ich aufstand, saß dann auf der Terrasse (fast wir sie hatten) oder im Wohnzimmer (falls wir das hatten) und trank Kaffee. Zum Frühstück gab’s meist Brot mit Käse, Wurst oder Peanutbutter & Jelly. Auch hatten wir oft Cornflakes und Müsli (Big Breakfast) Milch bekam man meist vom Motel, für den Kaffee und Tee, aber wir führten oft auch unsere eigene Gallone mit uns. Bevor wir los gingen, war es oft schon Check Out Zeit, 10 Uhr. Alles wurde schnell eingepackt und ins Auto gesteckt. Wir hatten 2 Kartons dabei; einen für Jacken und Wäsche, und einen für unsere Fressalien. Wir hatten meistens auch Unmengen von Bier dabei, welches im Karton als Kühlelemente für unseren Kühlschrankinhalt diente. Auch kleine Wasserflaschen für die Fahrt waren unmisbahr. Geplant war unsere fahrt meist schon vorher. Auf der Nordinsel hatten wir in der Esten Woche (in Paihia) schon einen Reiseplan aufgestellt, den wir ziemlich treu geblieben sind. Auf der Süd Insel war unsere Reise etwas freier, wo wir manchmal im letzten Moment noch entschieden irgendwo einen Tag länger zu bleiben. Im Ganzen wussten wir aber schon vorher wo wir am Tag hinfahren wollten.

Manche Reisen zum nächsten Ort waren lang (ich glaub die längste Strecke waren Paihia-Hamilton (350 km) und Kaikoura-Fox Glacier (fast 600 km) und oft gab es viel Kurvige Wege. Oft waren die Strecken aber nicht so lang, und ich glaub Marcel ist gerne die schlängelrouten gefahren. Silvia konnte aber nur die geraden Stücke fahren, da unser großer Seemann auf den kurvigen Straßen grün wurde. Die Fahrten waren auch immer sehr schön. Teilweise gibt es schöne „scenic routes“, die dich vielleicht nicht am schnellsten zu deinem Endziel bringen, (oft sogar teilweise über Schotterwege führen) aber dafür extra schön zu erleben sind, mit viel schöne Bergaussichten, Farmland oder fantastisch gelb-grüne Hügel. Also abhängig von unserer Reisezeit gelangten wir meist zwischen 1 und 6 an unser Endziel. Meist hatten wir kein Motel vorher festgelegt, also mussten wir kurz vor unsere Ankunft noch nachschauen wo ein schönes Motel sein könnte. Dafür hatten wir nicht nur mein treuen Lonely Planet dabei (der oft sehr gute Tipps hatte) aber auch die NZ Accomodation Guides vom Touristenbureau und Autoclub. Die NZ machen sich große Mühe den Besuchern so viel wie möglich informationscataloge und Bücher zur Verfügung zu stellen. Manchmal war es nicht so leicht etwas zu finden (man denke nur an die AC/DC Katastrophe in Wellington wo wir 50 km außerhalb der Stadt landeten!) aber oft fanden wir innerhalb einer Stunde etwas Angenehmes.

Nach ein Reisetag, haben wir oft in der Stadt gegessen (auch hier erwies der Planet sich als sehr wichtiger Ratgeber). Ansonsten haben wir meist selbser gekocht, immer eine Option den alle Motels in NZ haben eine Küche. Dafür musste meist erstmal eingekauft werden. Die meisten Städte und größere Dörfer wo wir waren hatten aber mindestens ein riesen Supermarkt (Die große Ausnahme war das Bergdorf Fox Glacier, wo es nur ein mini-tante Emma laden gab) Woolworth, Countdown oder 4 Square; alle hatten viel zu bieten. Viel eigene Produkte (obwohl die Kiwifruits die wir kauften meist aus Italien kamen, komisch den hier haben sogar Bürger Buden wir KFC und Mces nur biologisch und hormonfreies Fleisch aus NZ) Und es gab auch exotisches wie Kiwifruit Chocolade. Oft haben wir Kumara gegessen, NZ Süßkartoffel. Es war meistens Silvia die entschied was wir zu essen bekamen. Auch wurde immer tonnenweise Obst eingekauft, sodass Veronika abends eine riesen Schüssel Obstsalat machen konnte. Vor allem die Mangos waren sehr lecker. Getrunken haben meine Eltern oft einen NZ Wein (es gibt hier sehr viel Weinbau) und ich meist Tui oder Speights Bier, ein dunkles aber frisches und mildes bier (Marcel meint geschmacklos aber ich habs gerne getrunken) Auch gibt es in NZ und Astralien viele Säfte. An Soda gab's auch noch das NZ exclusive Lemon & Paera, eine Zitronenlimonade mit einzigartigen nachgeschmack. Ausserhalb von NZ nicht zu bekommen, obwohl die Coca Cola Company den Laden übernommen hat. Hergestellt wird aber nur in NZ. Oh wie ich das Zeug vermissen werde!

Abends, falls wir ein Wohnzimmer hatten, konnten wir dann noch gemeinsam durchs NZ Fernsehen zappen. Meistens empfingen wir es etwa 5 NZ Sender (vergleichbar mit dem Privatfernsehen hier, nur mit VIEL mehr Werbung) und oft auch ein paar Pay TV Kanäle von Sky TV (das Premiere von Rupert Murdoch) Am besten war wenn wir auch noch NZTV oder Maori TV gucken konnten, vergleichbar mit dem Öffentlich Rechtlichen Fernsehen, wo es auch mal Programme gab gesponsert vom DOC (department of conservation) Vor allem Maori TV hat mich endlos fasziniert. Oft nur Maori gesprochen ohne untertitel, bot es nicht nur Maori Geschichte und Nachrichten, sonder auch interessante Art House und Dokumentarfilme. Am besten waren aber die Schafhirt Meisterschaften auf NZTV nach 11 Uhr, und natürlich neue Folgen von Lost am Mittwoch auf TV2.In der letzten Woche wurden aber vor allem Olympische Spiele geguckt. Meist aber nur ausgestrahlt über Sky Sports.
Geschlafen wurde meist nicht sehr spät. Marcel war meist als erstes im Bett, was sich oft als unpraktisch erwies wenn wir kein getrenntes Wohnzimmer hatten und das Große Bett also im gemeinsamen Raum stand. Im Bett war meist der einzige Moment wo ich meinen I-Pod benutzt habe (da und ein paar Mal auf langen Reisen im Auto) Vorm Urlaub hatte ich gedacht öfters I-Pod zu hören, dies war aber nicht der Fall. Ich habe gerade mal ein Hörbuch geschafft.

Am nächsten Tag wurde dann die Stadt oder Region erkundet, meist nach gründlichen studieren von unseren Reiseführern. Veronika hatte einen, Silvia hatte einen und ich hatte natürlich den Lonely Planet. Meist kam es zur einer demokratischen Entscheidung. Selten gingen wir getrennte Wege. Oft musste noch viel gefahren werden, um auch alle Sehenswürdigkeiten zu besuchen. Meistens hatten wir aber das Gefühl das wir die wichtigsten Sachen gesehen hatten. Nur in Auckland hatte ich das Gefühl das wir noch ein Tag Länger gebraucht hätten um alles zu sehen, und in Oamaru hätte ich noch gerne die kleine blaue Pinguinkolonie gesehen. Im letzten Moment hatten wir aber entschieden nicht in Oamaru zu übernachten, dafür aber die Otago Peninsula in Dunedin zu besuchen. Im ganzen eine gute Entscheidung, da Otago sehr schön war, andererseits aber schade das wir nicht sehen konnten wie die kleinen blauen Pinguine abends zurück ans Land kommen. Weiter habe ich aber das Gefühl das wir die Highlights von Neu Seeland gesehen haben. Es gibt noch viel mehr zu erkunden, aber dafür war unsere Reise dann doch zu Kurz. Es ist schon erstaunlich wie viel wir von den Inseln letztendlich gesehen haben.

Montag, 1. März 2010

Die Wolken über New Zealand

New Zealand Wolken

Sydney

Ich hatte nie gedacht das Sydney so eine schöne Stadt ist. Sie wird oft genannt als einer der schönsten Städte der Welt, und nun versehe ich warum. Natürlich ist sie nicht zu vergleichen mit den alten Europäischen Städten wie Paris, London oder Rome, dafür sind Styl und Atmosphäre einfach zu anders. Am besten koennte man es die perfecte Stadt der ehemaligen Kolonien nennen. Sydney kombiniert das beste von Städte wie New York, SF und Montreal. Vor allem der vergleich mit New York komt schnell, da die innenstadt, wie NY, auch beeindruckende Gebäude Schluchten bietet. Die atmosphäre in Sydney ist aber viel freundlicher, weniger hectisch und fast so sauber wie Montreal. Auch bietet die stadt viele schöne Parks, interessante Architectur (nicht zuletzt das Operah Gebäude) und sehr schöne Hafengebiete. Auch gibt es eigentlich überall in der Stadt kleine schöne Ecken versteckt. Man läuft eine ganz übliche Straße entlang, mit eigentlich nur hohe office Gebäude, und plötzlich sieht man einen kleinen Wasserfall, oder ein schönes Gebäude versteckzt zwischen den Hochbau, oder ein Platz mit Bäumen oder Skulpturen. Ich war echt beeindruckt von wie viel Sydney zu bieten hat. Es gibt auch schöne Strände ganz nahe an der stadt; 30 minuten mit dem Bus und man ist in Bondi Beach am anderen Ende der stadt, oder 30 minuten mit der Ferry und mann ist in Manly, am anderen Ufer des Sydney Harbour. Kulturel ist Sydney auch sehr Reich, mit viele gute Museen (ich war im fantastischen Museum of Contemporary Art), Musik Gebäude (allen voran das Sydney Opera House), Programmkinos... Die Leute sind auch ziemlich locker drauf (sogar die geschäftsläute sieht man hier nur selten mit Jacket) Warscheinlich die Down Under mentalität, kombiniert mit dem warmen Wetter und die unmittelbahre nähe von wunderbahren Surf Stränden (ja, ich glaub das spielt auch ne Rolle!)
Auch wilde Natur gibt es in unmittelbahre Nähe. Noch keine 100 Km von der innenstadt und Harbour Bridge sind die Blue Mountains, Teil des UNESCO Naturerbe, wo mehr als 700 KM nur Eucalyptus Bäume stehen, ohne jegliche Menschliche Einmischung.

Montag, 22. Februar 2010

Tourisme in Nieuw Zeeland

Het tourisme in NZ is fantastisch verzorgd. In de meeste plaatsen heb je een uitgebreid VVV kantoor (een i-Centre) en zelfs het kleinste bord heeft op zijn minst een i-punt, waar je op een bord de high llights van de regio of de geschiedenis kunt lezen. Elke scheet die je maar kunt laten heeft een eigen folder, te vinden in een i-centre of in je hotel, motel, cabin, B&B, backpacker of campground. En er valt veel te doen in NZ! Niet alleen geregeld vanuit het i-centre of DOC, maar er zijn genoeg tour operators en locale ondernemers die van alles en nog wat aanbieden aan de geeintresseerde bezoeker (voorbeelden)
Verder is er ook nog het DOC, het Department of Conservation, welke onder de regering valt. Het DOC beheert de natuurparken van NZ (ongeveer 1/3 van het land) en verzorgd ook de openbare wandelwegen, herritage walks (wandelingen langs historische plekken of routes, zoals de Bullock wagontrack langs Mt Cook) en wildlife observatiepunten of rondleidingen. Verder doet het DOC ook aan conservatie van de unieke NZ flora en fauna. Wat opvalt is dat er zo veel wandelroutes (walking en hicking tracks) zijn in NZ, van een paar minuten lopen naar een vers gebouwd uitzichtpunt tot een week over de bergen naar bijvoorbeeld de milford sound, waar je onderweg in cabins kunt slapen (vaak moeten deze langere tracks van te voren worden geboekt en krijg je eerst een vergunning en voucher voor de cabins) De meeste paden die wij zijn gelopen, waren duidelijk markeerd en goed aangelegd, vaak met trappen en leuningen (wat een monnikenwerk om al die paden uit te houwen en aan te leggen!) Vaak vond je langs de routes en bij de uitzichtspunten ook informatieborden met iets over de geschiedenis of de flore&fauna van de regio. Je werd dus altijd goed geinformeerd. Verder was er bij elke route of punt een parkeerplaats met (relatief) schone WC! Altijd WC papier, niet altijd met stromend water. Bij een DOC centrum (elk natuurpark heeft mindstens 1 groter visitor center) of i-centre kun je voor de meeste regios een folder met wandelwegen kopen (1 dollar) En elk dorp heeft wel een eigen wandeltrack! Hetzelfde geldt voor steden, waar je interessante, stevige standswandelingen kunt maken, zoals de coast to coast walkway in Auckland, Vaak komen deze langs historische plekken en gebouwen, zoals de art-deco routes die wij hebben gelopen in Napier en Hastings.

Ook qua accomodaties is NZ een waar paradijs. Overal heb je wel iets van een motel, hotel, backpacker of B&B (meestal ook nog eens aangegeven met verkeersborden), al zit het in sommige gebieden (of tijdens bepaalde evenementen!) wel snel vol. Aan budget onderkomens is er ook geen gebrek. In Motels (altijd met keuken en vaak zelgs met spa badkuip) kun je al vanaf 130 dollar (65 euro) terecht, en in Graymouth sliep ik in een backpacker voor maar 21 dollar! Vaak hadden we motels, waar we in een 2 bedroom apartment sliepen; 2 slaapkamers en 1 woonkamer met keuken, waar we meestal tussen 150 en 250 dollar voor betaalden. Gedeeld door 4, kom je op een erg aanvaardbaar bedrag uit. Je krijgt er dan altijd ook nog een complementair flesje verse melk bij, voor in je koffie of thee. En de eigenaren en/of managers zijn ook altijd heel aardig en behulpzaam. Je hebt zelfs een "duty motel" systeem, waarbij het motel dat "on duty" is, verplicht wordt mensen te helpen aan een slaapplek, ook als zij al vol zitten. Dus dan gaan ze voor jouw motels in de buurt bellen! Kun je je dit in Europa voorstellen? Je zou denken dat dit soort vriendelijke mensen snel op raken, maar het zal wel in de NZ aard liggen, want iedereen was er eigenlijk vriendelijk en behulpzaam. In Dunedin werden we zelfs gehoplen iets te vinden op ons volgende reisdoelons bij Mt Cook! Omdat al veel was volgeboekt heeft hij wel 7 mensen gebeld en kwam via via bij een apartementje uit, wat achteraf gezien onze beste accomodatie zou blijken; aleenstaand huis met 3 slaapkamers, luxe keuken en woonkamer, teras met bbq en blik op de berg voor maar 150 dollar! (contant betaald in het handje van de eigenares die next door woonde) In NZ kun je dus makkelijk op eigen houtje op zoek naar een slaapplek en de kans is groot dat je wel iets leuks voor een redelijk bedrag vindt (hehalve als AC DC speelt) En wij hadden ook de Lonly planet bij de hand met tips, welke ons wel eens naar hele leuke onderkomens heeft geleid. Soms waren de leukste al vol, maar we hebben ze dan wel gezien. Vaak kun je zelfs in historische gebouwen slapen en veel B&B zijn ook erg leuk ingericht. Helaas was voor Marcel een voorwaarde dat het en suite (met eigen badkamer moest zijn) dus vielen soms er leuke dingen midden in de stad af. Midden in de stad vind je vaak duurdere hotels en leuke backpack accomodaties (soms in vicotiraanse huizen), iets verder buiten de stad zijn er straten met alleen maar motels.
Wat opviel was dat op onze dagelijkse zoektocht naar een slaapplek we heel wat No Vacancy borden tegenwkamen (wij hadden volgens de motel manager vaak "de laatste kamer") In de zomer zit het hier dus altijd bomvol en verdienen de hotels en motels bakken met geld. Buiten het seizoen is het echter ruistiger volgens Marcel en Veronika. Zij waren er in maart en april en ze zijden dat ze veel van de plekken die wij bezochten heel anders in herrinnering hadden, namelijk uitgestorven. Nu was het echter altijd druk met touristen (in de kleinere steden namen de touristen na 8 uur letterlijk het stadscenturm over, omdat het verder uitgestorven was) Het maakte niet uit welk afgetrap, afgelegen grindpad je afreed naar de volgende attractie of walking track, aan het einde stonden er altijd mindstens een half dozijn autos op de parkeerplaats en krioelde het op de paden en bij de uitzichtspunten van de mensen. Zelfs in minder ontdekte plekken als de catlins. Wat grappig is, is dat je op een dag soms steeds dezelfde mensen tegenkomt, die met jouw dezelgde dingen aflopen ("afstrepen")
In januari waren volgens mij de meeste touristen die wij zagen Australisch en NZ (die hadden toen nog vakantie), maar je hoorde ook al veel Engelsen en Amerikanen. Van het Europese vasteland komen veel (jonge) Duitsers (die hoorden we veel op de wandelwegen) en (natuurlijk) Nederlanders. Overal waar we kwamen, hoorden we wel iemand Nederlands spreken (als "onkruid") Het begon te irriteren! Frans en spaans hoorden we alleen sporadisch. In de laatste weken zagen we veel Aziaten, vooral Chinezen. Busladingen vol! Vooral in Milford sound en bij Mt. Cook, maar in Auckland hadden we ze ook al gezien. Waarschijnlijk gaan Chinzen eerder naar NZ dan naar Europa, want bij ons zie je ze niet zo massaal. In Mt.Cook waren wij in ons Hotel een van de weinige niet-Chinezen.
Natuurlijk zagen we bepaalde touristische groepen niet zo veel, zoals de jongere adrenaline touristen, omdat we gewoon andere plekken bezochten en op andere plekken overnachten. Ook in de hostels viel mij op dat er veel aziaten waren. Hier gaan echter niet alleen jongeren naar hostels of backpackers, maar ook families met kinderen of oudere echtparen op langere reizen. Eigenlijk iedereen dus. Veel mensen hebben ook een huurauto waarmee ze van backpacker naar backpacker reizen, vaak zonder backpack. En natuurlijk zie je ook veel campers. Campers in alle soorten en maten. Van omgebouwd minibusje met wasbak en bed achterin, tot magelomane super camper. De laatste zag je echter veel minder, omdat deze op de toch vaak smalle, kronkelige NZ wegen (en vele grindpaden) niet erg handig zijn. Vaak waren het dus kleine busjes of omgebouwde espas, niet groter dan de auto die wij hadden. Pogingen werden ook gedaan door de verhuurbedrijven om er iets leuks van te maken. Zo heeft het verhuurbedrijf Wicked Campers van elk van hun omgebouwde autos een uniek grafiti kunstwerk gemaakt.
In NZ is alles dus perfect geregeld voor bezoekers. Het is dan ook een van de belangrijkse industireeen van het land. Er is niet zo veel industrie, er is vooral landbouw en veeteelt (heel veel veeteelt!) en houtkap is ook nog van belang, al beperkt het duurzame beleid van de "logging" industrie de omzet die er gemaakt kan worden. In de 19e eeuw is er zo veel oer woud gekapt, zodat er nu nog maar een fractie van over is. En dat genereerd nu zijn eigen inkomsten via de touristen industrie! (al komt ook het DOC met tekorten. Een krant kopte dat het DOC bepaalde gebieden gewoon opgeeft; niet aankoopt zodat het niet wordt geconcerveert of ten prooi valt aan landondwikkelaars)